Het werk dat ik hier laat zien is een onderzoek naar momenten. Momenten die zich één keer voordoen en daarna zullen vervagen en vervolgens verdwijnen.Om deze momenten niet los te hoeven laten, heb ik ze vastgelegd.
Dat vastleggen is uitgemond in een allesomvattend onderzoek, waarin objecten zowel als beeld en als tekst in de fysieke ruimte(s) samenkomen.Telkens heb ik geprobeerd deze momenten te duiden. Waarom merk ik deze dingen op? Waarom wil ik ze bewaren? Waarom is het een verzameling? Waarom horen ze bij elkaar? Wat doen ze in de ruimte(s)? Waarom in deze ruimte(s)? Waarom vraag ik me er zo veel over af?
Om uiteindelijk tot de conclusie te komen dat dat allemaal niet uitmaakt. Het moment is er, het is in de ruimte aanwezig.
Daar hoef ik niks van te vinden. Het is al iets. Het is genoeg.
Want elk moment, hoe klein of onbenullig ook, hoort bij mij. Ja, dit werk, dit onderzoek, dit ben ik.
Een zoektocht naar het ideale atelier, vanuit twee verschillende methodes. Dit scriptieonderzoek is namelijk uitgevoerd door twee verschillende personen: Noëlle Jansen en ikzelf.
Middels de methode Art Based Educational Research is onderzoek gedaan het vormgeven van ‘het ideale’ atelier dat ruimte biedt aan het maakproces en het creëren van groot werk.
Onder andere Berthoin schrijft hierover in: The Studio in the Firm: A Study of Four Artistic Intervention Residencies (2014).
Allebei houden wij ons dus heel erg bezig met de omgeving waarin we werken/creëren. Dat deed denken aan een mogelijk onderzoek, want wat houdt dat dan in voor ons, die ideale werkplek? Hoe denken anderen daarover? Is er één ideale plek die voor iedereen met een professionele kunstpraktijk kan voldoen?
Om op zoek te gaan naar antwoorden op deze vragen waren wij heel benieuwd naar ideeën van anderen. Daarom hebben we gekozen voor een eenduidige groep respondenten, namelijk: mensen met een professionele kunstpraktijk én een ruimte die ze daarvoor gebruiken.
We hebben van deze respondenten een intieme kijk in het atelier gekregen, middels woorden, foto's, plattegronden en dichtwerk. Ze hebben hun ruimte en zichzelf echt blootgegeven voor ons onderzoek. Dat heeft ons veel opgeleverd.
Middels een voor ons allebei persoonlijke aanpak hebben wij onderzoek gedaan. Noëlle heeft zich verdiept in de functionele eigenschappen van het atelier en Sanne in de persoonlijke eigenschappen.
Dit hebben wij gedaan aan de hand van methodes voor ABER (Arts Based Educational Research). Door niet alleen gebruik te maken van wetenschappelijk onderzoek, maar daarnaast ook artistieke middelen toe te passen, hebben wij data verkregen die ons verrast hebben. Ook tijdens het onderzoek hebben deze data meer dan eens voor een nieuwe wending gezorgd.
Dat maakte het onderzoek spannend en uitdagend om te doen.
Door het toepassen van onze tweeledige aanpak, benadrukken wij dat de twee zaken ook écht verschillend zíjn, maar toch bij elkaar horen. Samen zijn ze van belang om (mogelijk) tot de best werkbare ruimte te komen voor elk individu.
Dat blijkt, gekeken naar de data verkregen van onze respondenten, in de meest ideale situatie een ruimte te zijn met afmetingen die overeenkomen met de wensen van de kunstenaar: veel licht, rust en een consequente staat waarin het atelier aan het begin van de werkdag verkeert.