sorteer op

filteren op



2049

2048


2047


2046

2045


2044


2043

2042


2041


2040

2039


2038


2037

2036


2035


2034

2033


2032


2031

2030


2029


2028

2027


2026


2025



















































































2020

Bachelor Docent Beeldende Kunst en Vormgeving

2020

Sylvia Maas

Dancing in God’s Light

Dit werk is in een sombere, eigenlijk in de meest sombere periode van mijn leven gemaakt. Tijdens mijn afstuderen in januari 2018 is mijn vader plotseling overleden. Vandaar dat ik er langer over heb gedaan om docent in Beeldende kunsten te worden. Dit werk is een onderdeel van deze periode. Ik werkte toen intuïtief, maar tocht ook bedachtzaam. De zwarte lijnen op het expressionistische schilderij op de achtergrond vormen met de dansende vrouwen op de voorgrond, tegen de kleur en ruimte van licht, een eenheid. Het kruis op zowel de vier expressieve afbeeldingen als in het midden staat symbool voor de liefde van God die aan de wereld wordt overgedragen. Want de dansende figuren zijn geïnspireerd op Ravers, soort hippies van de 20e/21e eeuw, die op elektronische muziek dansen. Luisterend naar deze muziek is dat het zelfde gevoel van trance en vrijheid dat ik altijd heb gehad. Bij het ontstaan van dit werk is de tekst uit het boek van Wassily Kandinsky ‘ Über das Geistige in der Kunst’, bladzijde 99 heel belangrijk voor het proces: ‘We staan voor de noodzaak een nieuwe dans te ontwikkelen, de dans van de toekomst. Dezelfde wet van de onvoorwaardelijke uitbating van de innerlijke betekenis van de beweging, in haar hoedanigheid van hoofdelement van de dans, zal ook hier doorwerken en daar het doel leiden. Ook hier moet en zal conventionele ‘schoonheid’ van de beweging overboord worden gezet en het ‘natuurlijke’ proces ten slotte storend worden verklaard. Net zomin als in de muziek of in het schilderen, een ‘lelijke klank’ en een uiterlijke ‘dissonant’ bestaan. Dat wil zeggen: zoals in deze beide kunsten elke klank en samenhang mooi (doelmatig) is mits hij uit de innerlijke noodzakelijk voortvloeit, zal weldra ook in de dans de innerlijke schoonheid de uiterlijke vervangen. De niet-mooie beweging, die nu opeens mooi worden, ontspruiten rechtstreeks aan een onvermoede macht en levendige kracht. Vanaf dat moment begint de dans van de toekomst. Deze dans van de toekomst, die op het niveau wordt geplaatst van de huidige muziek en het schilderen zal op hetzelfde moment het vermogen krijgen om als derde element de podium compositie te verwezenlijken die als eerste werk van monumentale kunst zal zijn. De podium compositie zal in eerste instantie uit de volgende drie elementen bestaan: 1. Muzikale beweging; 2. Schilderkundige beweging; 3. Dansbeweging.
















































































1935





1929

1928


1927


1926

1925


1924


1923

1922


1921


1920

1919


1918


1917

1916


1915


1914

1913


1912


1911


1909


1908

1907


1906


1905

1904


1903


1901


1900


1899


1897


1896


1894


1893

1892


1891


1890

1889


1888


1887

1886


1885


1884

1883


1882


1881

1880


1879


1878

1877


1876


1875

1874


1873


1872

1871


1870


1869

1868


1867


1866

1865


1864


1863

1862


1861


1860

1859


1858


1857

1856


1855


1854

1853


1852


1851

1850


1849


1848

1847


1846


1845


1843


1842

1841


1840


1839

1838


1837


1836

1835


1834


1833

1832


1831


1829


1828


1827



1824

Maastricht Institute of Arts